Uhtred, nu onder bevel van Alfred, rijdt naar Northumbrië om het land te bevrijden van de Deense broers Erik en Sigefrid. Gisela en Uhtred geven elkaar de belofte in bij zijn van Beocca voordat hij naar het noorden rijdt. Ragnar nu vrij, wil zich wreken op Kjartan voor de dood van zijn familie. Aan Uhtred de zware taak om zowel zijn broer te steunen als ook trouw aan de koning te blijven. Beocca brengt hoop wanneer die het het hardst nodig is.